(62) door Niels van der Mark

 

Uit een boekje van Euwe

Dit weekend speelde Fleur mee in een jeugdtoernooi in Delft waar spelers zich konden plaatsen voor het NK. Ze wist dit toernooi, met 17 deelnemers, op haar naam te zetten met een keurige 5,5 uit 7. Vier winstpartijen en drie remises. Toen ik haar feliciteerde via de app antwoordde ze: ”Ben op zich wel blij hoe het is gegaan. Ik baal wel van de laatste partij met eeuwig schaak.” Typisch Fleur, ze ziet altijd ruimte voor verbetering zullen we maar zeggen.
Een mooie overwinning behaalde ze in de 3e ronde tegen een van de concurrentes, Elise Knobbe. Niet een partij met spectaculaire combinaties, maar hij valt juist op door de keurige opbouw. Fleur beoordeelt de stelling iedere keer goed, maakt een goed plan en voert dit vervolgens keurig uit. Hij kan zo in een boekje van Max Euwe. Ik laat jullie graag een paar fragmenten zien.

Fleur had wit in deze partij. De opening is bijna achter de rug en wit heeft een prettig plusje, zoals dat heet. De kenner zal een Siciliaanse opening herkennen met een zogenaamde Maroczy Bind. Dat wil zeggen dat wit de zet c4 heeft kunnen spelen, waardoor zij extra controle heeft over het veld d5. De witte dame gaat straks naar d2. Enerzijds voor de diagonaal c1-h6, anderzijds om de torens met elkaar te verbinden. Die gaan hun heil zoeken over de c-lijn. Vanaf hier pakt Fleur het voorzichtig aan, tot het volgende moment zich aandient.

Er is hier niet zo veel aan de hand, maar zwart speelt het zwakke 18…b5?, waarop Fleur haar kans grijpt: 19.Lxg7 Kxg7 20.Dc3+ Kg8 21. Dc7!

Wit controleert de c-lijn en zwart moet iets bedenken voor de Loper op d7. De dame slaan is slecht, want na 21…Dxc7 22.Txc7 moet zwart Td8 of Lc8 spelen en doen beide stukken niet meer mee. Dus volgde er 21…Dc8. Nu is het lastig om een goed plan te bedenken om verder te komen als wit. Wit staat beter, de zwarte stukken zijn zeer passief en wit bezet de open c-lijn. Dat de witte pionnen op de kleur van de loper staan betekent hier niks, maar het geeft wel een aanknopingspunt. Een idee zou kunnen zijn om de koning naar f2 te spelen en vervolgens de pion naar f4 en vervolgens de andere naar e5. Fleur speelde hier haar loper naar d3, waarop haar tegenstandster f5 speelde. 22.Ld3 f5?! Ik begrijp die zet wel, je probeert tegenspel te krijgen, maar hij is niet goed, tenzij…. Tenzij Fleur hem zou slaan. Want na 23.exf5? Lxf5 24. Dxc8 is de stelling ineens potremise en moet wit zelfs opletten met de zwakke pion op d5. Gelukkig gebeurde dat niet, wit speelt het sterke 23.Tc2! De partij vervolgt zich verder, wit kan haar voordeel handhaven en na 27 zetten zijn we bij de volgende stelling aanbeland.

Wit staat zeer goed, gewonnen zelfs, maar hoe nu verder? Zwart moet zowel zijn a-pion, als zijn pion op e7 blijven dekken en de loper kan nergens heen. Fleur begint hier aan een mooie koningswandeling richting h6. 28.Kf2 Kf7 (zo nu kan de toren wat anders gaan doen, toch?) 29.Ke3 Td8 30.Ta8 Ke8 31.h4 Kd7 32.Ta7+ Ke8 33.Kf4 Kf7. Je ziet het, wit boekt langzaam maar zeker vooruitgang, terwijl de zwarte stukken een beetje heen en weren op de onderste twee rijen, dankzij de toren die alles controleert daar.

34.Kg5 Td7 en nu kan wit afruilen en de buit binnenhalen. 35.Txd7 Lxd7 36.Kh6 Kg8 37.g3 (g4 had ook gemogen hier) 37…Le8 (misschien nog b4 moeten proberen) 38.h5! gxh5 39.Lxh7+ Kf7 40.Lg6+ Kf8 41.Lxe8 Kxe8 en zwart gaf hier maar op.

Het ziet er allemaal gemakkelijk uit, maar ik hoop dat ik dit seizoen ook een keer zo’n goede partij mag spelen.

Voor de eindstand, zie hier: https://haagseschaakbond.nl/kwalABCm/2023/GroepBCm/

Niels van der Mark

Klik hier voor meer